In 2017 is de jubileumeditie van De droomduiding verschenen.
Als er één boek in de twintigste eeuw is geweest dat onze manier van denken op haar kop heeft gezet dan is het wel De droomduiding. Volgens Freud zelf: ‘de koninklijke weg naar het onbewuste’.
De publicatie van De droomduiding in 1900 is het echte begin van de psychoanalyse en van de psychoanalytische theorieën over mens en samenleving. Freud ontdekt een manier om via dromen het onbewuste te onderzoeken en gebruikt niet alleen dromen en verhalen van zijn patiënten, maar ook zijn eigen dromen. Hij komt tot de ontdekking dat dromen, net als neurotische symptomen, een product zijn van bewuste en onbewuste impulsen en conflicten. Freud maakt onderscheid tussen primaire en secundaire denkprocessen, tweemanieren van functioneren van de geest, de een onbewust, de ander bewust. De behandeling van neurotische patiënten herziet hij door de techniek van de droomduiding toe te voegen. Op basis van dit opmerkelijke boek ontwikkelt Freud langzamerhand zijn revolutionaire ideeën over het Oedipuscomplex en de kinderlijke seksualiteit. Zelf beschouwde Freud dit boek als een van zijn belangrijkste publicaties.
Met een inleiding van Harry Stroeken, psychoanalyticus en hoogleraar godsdienstpsychologie. Vertaling door Thomas Graftdijk.
Verschenen in De kleine Freud bibliotheek: Freuds belangrijkste werken in vijf paperbacks.