Felix & Sofie: Herman de Regt over James, Dewey en Peirce

Filosofie als gereedschap? Het pragmatisme van James, Dewey en Peirce
Felix & Sofie: donderdag 26 januari 2016
De praktische weerslag van een filosofie als toets voor haar waarde. Met dat ogenschijnlijk simpele idee legden de Amerikaanse filosofen William James, John Dewey en Charles Peirce aan het begin van de vorige eeuw de grondslag voor het pragmatisme.
Als een filosofische doctrine is het pragmatisme moeilijk te classificeren: pragmatisme is allereerst een idee over ideeën. Een idee waarin gesteld wordt dat ideeën beschouwd moeten worden als gereedschap dat ons in staat stelt op een bepaalde, al dan niet geslaagde, wijze met de wereld om te gaan. Sinds de opkomst van het postmodernisme hebben pragmatische denkers sterk aan populariteit gewonnen, maar wat leert het pragmatisme ons over klassieke filosofische problemen als de waarheid of het goede? Is het pragmatisme niet gewoon een andere manier om te kijken naar filosofische problemen, in plaats van een (mogelijk) antwoord daarop? En als dat zo is, waar bestaat haar bijdrage aan de filosofie dan precies uit? Op deze avond zal Felix & Sofie zich buigen over deze vragen, en reflecteren op zowel de fundamenten en consequenties van het pragmatisme, in een poging deze nagenoeg exclusief Amerikaanse aangelegenheid op waarde te schatten.
De avond begint met een blik op de oorsprong en grondslagen van het pragmatisme. Herman de Regt vertelt over het centrale idee in het denken van James, Peirce en Dewey. Het pragmatische maxime werd door dit drietal steeds op iets andere wijze geformuleerd en verschillend ingezet. Waar Peirce pragmatisme toch vooral zag als middel om meer inzicht in de betekenis van ideeën te verkrijgen, werd het principe door Dewey en James ver voorbij deze functie opgerekt. James ontwikkelde zelfs een pragmatische conceptie van waarheid: ‘waar’ zijn die ideeën die ons van dienst zijn in de omgang met de werkelijkheid. Bewapend met dit idee kwam James tot het inzicht dat menig filosofisch – en met name metafysisch – dispuut beslecht kan worden door na te gaan of ons geloof in een bepaalde metafysische stelling een praktisch verschil maakt. Ligt hier relativisme op de loer? Volgens de pragmaticus niet: een gebrek aan absolute zekerheid mondt niet uit in absolute onzekerheid.
Het inzicht dat zekerheid niet vanzelf gegeven is fungeert dan ook als springplank voor een pluralistische filosofie, een onderwerp waarmee met name James zich in zijn latere werk bezig houdt. Angela Roothaan zal in de tweede helft van de avond spreken over deze kant van het pragmatisme, waarin de rol van individuele ervaring naar voren komt. In bijvoorbeeld religieuze ervaringen gaat het volgens James niet om de vraag of deze al dan niet ‘echt’ is, maar veeleer of deze invloed uitoefent op de wijze waarop we met de wereld omgaan.
Dat dit ogenschijnlijk tegenstrijdige samenkomen van individuele religiositeit en een haast empirische nadruk op praktische weerslag toch onder een enkele noemer valt, laat zien dat het pragmatisme meer in zich draagt dan we misschien zouden verwachten. Tijdens het laatste deel van de avond zullen we hier tijdens een panelgesprek uitgebreid op ingaan, en kijken of we de grenzen van deze complexe filosofie kunnen opzoeken.
Programma:
20.00 Opening
20.05 Fundamenten van het pragmatisme, door Herman de Regt
20.20 Tafelgesprek
20.30 Pragmatisme als pluralisme, door Angela Roothaan
20.45 Pauze
21.00 Paneldiscussie
21.45 Einde
Moderatie door: Kasper Bockweg
Voor meer informatie klik hier.