Voetbal en filosofie: Sybrandt van Keulen over het WK Voetbal

Oranjegekte, nationalisme of esthetiek. Hoe beleven filosofen het WK Voetbal? Nog net voor de kwartfinale vertelt Sybrandt van Keulen over voetbal als kunst en over het spelelement. 'Het WK Voetbal is een mysterieuze cocktail van oergevoelens. Zoveel aspecten − nationalisme, seksisme, religie − zitten erin, maar de strenge regels van het spel zorgen voor disciplinering en de mogelijkheid tot schoonheidsbeleving.'
Interview door Daan Borrel
‘Kant zei: ‘Beter een dwaas in de mode, dan uit de mode’. De vraag of ik wat ‘heb’ met voetbal is onzinnig. Je kunt maar beter op je eigen manier meedoen. Als je niks ‘hebt’ met voetbal, ben je een dubbele gek. Rutte verstaat de taal om dit te gebruiken, hij voorspelt de uitslag van voetbalwedstrijden. Als politiek persoon lijkt me dat vrij onnodig, maar het maakt hem wel populair. Dat heeft hij goed gezien.
Het WK Voetbal is een heel bijzonder fenomeen: massa’s mensen worden er door aangetrokken. Alleen in Nederland kijken er al acht miljoen mensen naar een wedstrijd. Zoveel aspecten − nationalisme, seksisme, religie − spelen een rol in voetbal. Het is een mysterieuze cocktail van oergevoelens. Bijna bedreigend. Het is niet zomaar belangeloos vermaak, het is een strijd. De oerstructuur van vriend en vijand ligt eraan ten grondslag, maar − en dit maakt het zo bijzonder − de spelregels reguleren die oergevoelens. Doordat het een spel is, zien we voetbal als een apart domein waar die oerstrijd mag woeden en de glorie ‘bevochten’ mag worden. De man-vrouwstrijd, de koloniale strijd, de culturele en nationalistische strijd, noem maar op. De emoties die bijvoorbeeld omhoog komen als Nederland tegen Duitsland speelt. Natuurlijk, niemand zegt: ‘We gaan de Duitsers vermoorden’, maar in de uitspraak ‘We gaan de Duitsers verslaan’ zit dezelfde strijdlust, onder toezicht van een scheidsrechter. En je moet tegen je verlies kunnen. De wereld staat in brand, overal zijn oorlogen en (klasse)strijden, en op het voetbalveld kunnen deze op gecontroleerde wijze naar buiten komen. Maar let op: dit kan enkel en alleen als de spelers en toeschouwers zich aan de regels houden. Binnen het spel accepteren we wel de schade die spelers elkaar aanrichten, hoogstens bestraft met een gele of rode kaart. Maar als het spel even stilstaat en iemand valt een ander aan dan is er geen sprake meer van een overtreding, dan is het misdaad. Luis Suárez die een tegenspeler beet, is het ultieme voorbeeld. In een flits openbaarde zich daar de rauwe oerstrijd tussen vriend en vijand.
Is voetbal kunst? Een interessante vraag waar je eerst goed onderzoek naar zou moeten doen. Ik twijfel. Het is eerder voetbal als kunst. Er zijn een paar aspecten van kunst die ik een op een aan voetbal kan koppelen. Bijvoorbeeld het performance-aspect, dat is identiek. Mensen delen een tegenwoordigheidsgevoel, of ze nou live de Negende Symfonie van Beethoven horen, of bij een wedstrijd Ajax-Feyenoord aanwezig zijn. Voetbal is zeker een spektakel vergelijkbaar met podiumkunsten. Maar een voetbalwedstrijd als kunstwerk? Lastig.
Kunst heeft namelijk een geschiedenis. Elke penseelstreek heeft geschiedenis; kunstwerken zijn al eeuwen in gesprek met elkaar, autonoom en tegelijkertijd verhoudt elk individueel werk zich tot zijn actuele wereld. Ik denk dat voetbal misschien nog een te jonge traditie heeft. Maar er zijn vast kenners die kasten vol met videobanden en cassettebandjes hebben staan en heel precies de verschillende stijlen van spelers en tijden analyseren. Dribbels van Arjen Robben vergelijken met die van Johan Cruijff. Dan komen ze in de termen van kunstgeschiedenis terecht. Choreologie van voetbal, leentjebuur van de esthetica. Voetbal is zeker deel van de popcultuur.
Het laatste aspect van kunst dat een op een aan voetbal te koppelen is, is de schoonheidsbeleving. Die torent boven alle vooroordelen, nationale voorkeur en onderbuikgevoelens uit. Zo kan een Nederlandse liefhebber evenveel genieten van een schitterend goal van Lionel Messi als van Arjen Robben. Die sublieme beleving kan er zijn door de strenge regels van het spel. Voetbal moet aan dezelfde voorwaarden voldoen als kunst om te slagen. Er is een kader. Dat veld is heilig. Elke kunstvorm heeft ook zijn eigen discipline: ik kan niet zomaar met een balletopvoering meedansen en ik mag niet op een schilderij van Van Gogh kliederen. Elke kunstvorm heeft zijn eigen regels, net als voetbal. Het is spel − en daarmee staat het buiten de wereld − maar tegelijkertijd draagt het alle wereldse oergevoelens in zich.’
Sybrandt van Keulen stelde de onlangs verschenen bundel Hoe kunst en filosofie werken samen. Hij is docent filosofie van de kunst aan de Universiteit van Amsterdam en hoofdredacteur van Esthetica.
Lees hier de andere artikelen in de reeks Voetbal en filosofie.